Jozef zit onschuldig in de Egyptische gevangenis, nadat hij weigerde te zondigen met Potifar’s vrouw. Wanneer Farao zijn schenker en bakker laat opsluiten, komen ook zij in dezelfde gevangenis terecht. Jozef krijg de taak om hen te dienen en dan krijgt ieder van hen een droom. Voor de één betekent die leven, voor de ander de dood…
In deze aflevering toont Johan Schep de bijzondere parallellen met het Nieuwe Testament en hoe het hoofdstuk vooruitwijst naar de Heere Jezus Christus.